RUIMTE IN JE HOOFD

Het is bijna vakantie. Het eerste promotiejaar zit er op. En voor mijn gevoel loop ik achter. De lijst met dingen die ik had willen doen is lang en er ligt nog een halve meter te lezen boeken. Gelukkig voorziet de promotieprocedure van de RUG in een aantal bureaucratische hoepeltjes waar je doorheen moet. Een daarvan is de 9-maandsevaluatie. Daarvoor schrijft de promovendus een zelfbeoordeling die door de begeleiders wordt aangevuld en van commentaar voorzien. En dat leverde 13 kantjes tekst op. Zo merkte ik, dat ik eigenlijk toch een heel eind ben opgeschoten. Ik weet veel meer dan een jaar geleden over de sociologische en psychologische theorieën die aan leiderschap ten grondslag liggen. Ik ben iets meer thuis in Atlas.ti en ik heb veel meer inzicht gekregen in handelingsonderzoek. Ik heb mooie gesprekken in organisaties gevoerd, geparticipeerd in boeiende bijeenkomsten van onderzoeksgroepen, twee boekpresentaties georganiseerd, een rapport opgeleverd voor een van de deelnemende organisaties en mijn kennis gedeeld in verschillende netwerkbijeenkomsten.

Still uit een animatie van Headspace

Wat ik niet heb vermeld in dat verhaal, is wat mij helpt om steeds te schakelen tussen onderwijs, onderzoek en de rest van mijn leven. Het antwoord is: meditatie. Ik gebruik nu ruim anderhalf jaar de app HeadspaceRuimte in je hoofd. De animaties in de app geven je een heel overzichtelijke theory of mind: er zit een soort bewustzijnsmensje in je brein dat zich af en toe vreselijk druk kan maken. En dan leer je met Headspace om van een afstandje met compassie naar dat denkende, piekerende, stressende mensje te kijken en een even diep in en uit te ademen. In en uit. In en uit. Tot ik langzaam kan uitzoomen – van een afstand ziet het er al anders uit – en weer in kan zoomen – waar wil ik nu mijn aandacht op richten?
Zo af en toe heb ik dagen waarop ik me helemaal aan het onderzoek kan wijden. Heerlijk. Een lekker ritme van lezen, bewegen, schrijven, koffie en weer verder lezen. Dan kan ik zo gefocust zijn dat ik me erger aan nieuws, stemmen op de radio, vragen van huisgenoten, de krant, een telefoontje. Alles wat niet gaat over waar ik mee bezig ben irriteert. Dat is even fijn, maar het moet niet te lang duren. Van een promotiezombie wordt niemand blij.

Wat ik er ook niet in heb beschreven in de 9-maandsevaluatie, zijn de verloren dagen. Dan zit ik rommelen achter de computer, werk wat mail weg, doe wat administratie – o ja, nog even een was draaien – recepten opzoeken want ik heb trek, een artikel lezen en op het eind denken ‘wat stond er nou in’? Het resultaat: een schuldgevoel. Wat ik heb geleerd is dat ik niet ’s avonds moet proberen te compenseren wat ik overdag niet heb afgekregen. Dan slaap ik direct veel minder goed, raak geïrriteerd en ben de volgende dag minder productief. Avondonderwijs daargelaten houdt mijn werkdag op rond een uur of zes. Het is klaar als het tijd is, en niet andersom.

En nu is het zomer. Leiderschap kan wel even zonder mij. En wij kunnen eigenlijk ook heel vaak zonder leider. Op mijn stapel vakantieboeken ligt De Porseleinkast van Nicolien Mizee. Het is het tweede deel van een bundel faxen (ja echt) die ze jarenlang schreef aan haar mentor Ger. Die schreef nooit terug. Hij is de meest passieve leider waar ik ooit van hoorde. Eigenlijk zit zijn leiderschap in haar hoofd.

Mizee beschrijft hoe ongelooflijk veel er in de wereld gewoon werkt. Je zou chaos verwachten – ‘Maar nee hoor, je kwam in een winkel, vroeg naar gelaatscrème voor de gevoelige huid van Lancôme en daar stond het flesje, precies waar het hoorde. Om duizelig van te worden.’ Dat herinnerde mij aan het gevoel dat ik vroeger had als ik in de trein uit het raam keek – wat nu eigenlijk alleen gebeurt als mijn telefoon leeg is. Dan zag ik al die huizen in al die dorpen en steden en dan bedacht ik me wat een mega-logistieke operatie het was dat die avond in bijna al die huizen het eten op tafel stond. Fabrieken, distributiecentra, winkels gevuld, ingrediënten gekocht, gekookt, potten, pannen en fornuizen. En dat elke dag weer. Wat een organisatie. Daar ging het me inderdaad van duizelen. En er komt geen leider aan te pas. Iedereen doet gewoon zijn ding. Of zit er toch ergens leiderschap in? Ga ik over nadenken. Straks.

Eerst maar eens vakantie!

 

NB. Over Headspace gesproken. Er is een prachtige minivoorstelling die ik dit jaar op Oerol zag die ook zo heet. Kijk maar eens op Headspace electric circus. Mocht je die koppen deze zomer ergens tegenkomen, ga dan zeker even kijken.